In Gelderland staat Rozendaal met 0,1 procent als laagste op de ranglijst, gevolgd door Oost Gelre met 1,0 procent. In onze regio staat Scherpenzeel onderaan met een percentage van 1,6. Woudenberg volgt met 1,7 procent van de mensen die in armoede leeft, en Rhenen en Ede waar 2,1 procent van de mensen arm is. De hoogste percentages zijn voor Renswoude en Veenendaal waar 2,2 procent van de mensen onder de armoedegrens leeft. Onze regio zit daarbij landelijk gezien op een gemiddeld niveau.
Ieder huishouden in Nederland heeft uitgaven aan huisvesting, energie, verzekeringen, kleding en de dagelijkse boodschappen. Om mee te kunnen doen in de samenleving is er daarnaast geld nodig voor bijvoorbeeld telefonie, internet en sociale activiteiten (lidmaatschap van een vereniging, een uitje of een vakantie).
Voor 35 verschillende typen huishoudens heeft het Nibud in 2023 vastgesteld welke bedragen voor welke uitgavenposten minimaal nodig zijn om volwaardig te kunnen meedoen in de samenleving. De armoedegrens voor een alleenstaande lag in 2023 gemiddeld op 1 510 euro per maand. Voor een paar met twee kinderen tot 13 jaar was de grens gemiddeld 2 535 euro per maand. Waren er twee puberkinderen dan ging het om 2 910 euro bij een tweeoudergezin en 2 500 euro bij een eenoudergezin.
Om vast te stellen of iemand in armoede leeft, wordt niet alleen gekeken naar het inkomen maar ook naar de vermogensbuffer (spaargeld of ander direct te besteden bezit) van het huishouden. Een huishouden is niet arm als de vermogensbuffer groter is dan de jaarlijkse armoedegrens. Een alleenstaande met in 2023 een vermogensbuffer van 18 145 euro of meer, wordt niet als arm beschouwd, ook niet als het inkomen onder de armoedegrens ligt. Voor een paar met twee kinderen tot 13 jaar was een buffer van ten minste 30 405 euro voldoende om niet in armoede te leven.
Meer over