Gemiddeld rekenen financieel adviseurs ongeveer 30 procent van het besteedbare inkomen voor vaste lasten. Volgens het CBS kwamen de totale woonlasten in 2022 voor huishoudens in een huurwoning uit op 25,5 procent. Huiseigenaren waren met 16,6 procent een aanmerkelijk kleiner deel van hun inkomen kwijt aan wonen. Jonge alleenwonende huurders hadden in 2022 de hoogste lasten, net als oudere huurders die alleen wonen.
Eenpersoonshuishoudens met een huurhuis betalen in Woudenberg het meest. Zij besteden gemiddeld 29,5 procent aan woonlasten. In Scherpenzeel is dat 29,4 procent en in Renswoude 29.3. In de gemeente Ede ben je gemiddeld 28,6 % kwijt aan woonlasten en in Veenendaal is dat 27,7 procent. In Rhenen liggen de gemiddelde woonlasten op 25,6 procent van het besteedbaar inkomen.
Huiseigenaren besteden ook een steeds groter deel van hun inkomen aan woonkosten, maar dat ligt wel lager dan huurders. Voor eenpersoonshuishoudens die huiseigenaar is Woudenberg 29,5 procent woonlasten van het besteedbaar inkomen ook hier het hoogst. Daarna volgt Scherpenzeel met 29,4 procent en vlak daarna Renswoude met 29,3 procent. In de gemeente Ede besteden huiseigenaren met een eenpersoonshuishoudens 28,6 procent van het besteedbaar inkomen aan woonlasten, en in Rhenen is dat 25,6 procent en in Woudenberg is dat 20,6 procent. Veenendaal is de laatste in de rij met 20,3 procent.
Voor een echtpaar met kinderen met een koophuis ligt dat stukken lager. Daar ligt het hoogste percentage dat deze huishoudens kwijt zijn aan woonlasten steeds onder de twintig procent uit.
Meer over