Door de achterruiten zagen surveillerende agenten een dier, maar het was onduidelijk om welk dier het ging. Het voertuig kreeg een volg- en stopteken, waarop de bestuurder netjes aan de kant ging.
Bij het openen van de achterdeuren troffen de agenten twee kalfjes aan. De dieren lagen comfortabel op een bed van stro en waren goed beschermd tegen de lage temperaturen. De bestuurder verklaarde bewust voor deze oplossing te hebben gekozen, omdat de kalfjes zo warmer en veiliger vervoerd konden worden dan in een traditionele veewagen.
Hoewel het een bijzondere aanblik was, leek de aanpak goed doordacht. Na de controle kon de bestuurder zijn weg vervolgen met de kalfjes.