Derde wespentelling moet beter beeld opleveren in regio
De Wespenstichting hoopt dat steeds meer mensen wespen gaan tellen, zodat er een beter overzicht ontstaat over de stand van zaken. Van het startjaar 2022 zijn er uit onze regio geen cijfers bekend, maar uit een berekening van de stichting van vorig jaar blijkt dat de teller in de regio Ede, Veenendaal, Rhenen, Renswoude, Scherpenzeel, Woudenberg en Renswoude uit kwam op slechts 7 ‘limonadewespen’ (de gewone wesp), 2 sluipwespen en 1 Franse veldwesp.
Verder werden er 21 bijen, 8 zweefvliegen, 1 muurwesp en 1 stadreus geteld (die eigenlijk onder de zweefvliegen hoort. Tot nu toe is het beeld in heel Nederland volgens Nathan Veenstra van de Wespenstichting dat er vooral bijen geteld werden, ook in onze regio. “Daarna volgen de zweefvliegen, en pas op de derde plek vinden we de limonadewespen, die voor de meeste mensen “de wesp” zijn.”
De eerste wespentelling in 2022 kende een voorzichtige start, terwijl het weer tijdens de tweede wespentelling tegenzat. De verwachting van de stichting is dan ook dat er dit jaar meer mensen wespen gaan tellen, en er in totaal ook meer wespen geteld worden dan in de eerste twee jaren.
Bij de vlindertelling van dit jaar is een dramatisch laag aantal vlinders geteld. Hoe zit dat met wespen? Zijn er dit jaar ook zo weinig wespen? Met de nationale wespentelling van 17 tot en met 25 augustus hopen natuurorganisaties daar een antwoord op te krijgen.
Zo doe je mee met de nationale wespentelling
Wil je meehelpen met de nationale wespentelling, kies dan een plek uit waar je 30 minuten lang bijhoudt welke wespen of op wespen lijkende insecten je ziet. Je kunt tussen 17 en 26 augustus één keer of meerdere keren tellen. De resultaten geef je door via www.tuintelling.nl/tellingen, verdere informatie vindt en de telling kan invoeren. Op de website van de Wespenstichting vind je alles over de verschillende soorten wespen in Nederland.
Uit de aanvragen die de Wespenstichting binnenkrijgt voor advies bij wespennesten lijkt een toename van het aantal hoornaarnesten op te maken. Voorzitter Sjoert Fleurke: “Vooral in het begin van het seizoen zagen we veel nesten van hoornaars en Saksische wespen. Die vallen in deze periode meer op dan nesten van andere wespensoorten, dus het is logisch dat we daar de eerste meldingen over krijgen. Sinds juli zien we een verschuiving naar meldingen van limonadewespen. Dat er weinig wespen zijn is dus niet wat wij ervaren, maar mensen kloppen natuurlijk alleen bij ons aan als er wespen opgemerkt zijn, dus dat zegt weinig.”
Wat verwacht de Wespenstichting van deze derde wespentelling? “Vooral meer tellingen dan bij de eerste twee wespentellingen”, antwoordt woordvoerder Nathan Veenstra. “We hebben nogal aan de weg moeten timmeren qua bekendheid, en nu de Wespenstichting zelf bekender wordt én we aangesloten zijn bij de Tuintelling, hopen we op veel meer deelnemers die ook nog eens een betere dekking door Nederland opleveren.”
Hetze tegen hoornaar onterecht
Daarnaast hoopt hij dat de deelnemers ook leren om de invasieve Aziatische hoornaar beter te herkennen. “De media gebruiken termen als ‘monsterwesp’ en ‘horrorwesp’, waardoor mensen denken dat het om een enorm grote wespensoort gaat. Maar de Aziatische hoornaar is kleiner dan onze inheemse Europese hoornaar, waardoor mensen de inheemse Europese hoornaar als vijand zien en zelfs doodmaken”, vertelt Veenstra. “Dat was voor ons eerder dit jaar aanleiding om de noodklok te luiden over de hetze tegen de Aziatische hoornaar.”
De Wespenstichting wil volgens Veenstra een beter overzicht krijgen. “We willen jaarlijks in kaart brengen welke wespensoorten er in Nederland te zien zijn, en waar deze soorten zoal gezien worden. Door jaarlijks op een vast moment in het jaar in heel Nederland de wespen te tellen krijgen we daar inzicht in, en kunnen we de ontwikkelingen door de jaren heen in kaart brengen.”
Bang zijn om gestoken te worden hoeft volgens voorzitter Fleurke helemaal niet. “Zoals we vorige jaren al hebben gezien komen mensen tijdens de telling ook zweefvliegen en bijen tegen. Daarnaast zijn er wespensoorten die in principe niet steken, zoals graafwespen en sluipwespen. Verder zal een wesp mensen juist zelf zoveel mogelijk uit de weg gaan. De werksters die we gedurende de zomermaanden zien zijn erg taakgericht en vliegen liever om een obstakel heen om terug te gaan naar hun nest dan dat ze hun energie verspillen door hun angel te gebruiken.”
Het voorjaar was nat en de zomer kwam pas laat op gang. Dat zou een slecht wespenjaar opleveren, zo werd beweerd. Toch komen bij de Wespenstichting dagelijks meerdere aanvragen binnen voor hulp of advies vanwege wespennesten. Dat is alleen wel een vertekend beeld, zegt voorzitter Sjoert Fleurke: “Doordat we meer bekendheid hebben gekregen in de afgelopen jaren, weten mensen ons steeds beter te vinden. Daarnaast zien we dat steeds meer mensen gifvrije oplossingen zoeken, ook wanneer ze last hebben van wespen. Terecht ook, wespen zijn heel nuttige dieren.”
Meer over