Spoorzone is een zandlopervormig gebied rondom station Veenendaal-Centrum. Het gebied heeft een oppervlakte van ongeveer 160 hectare. Het strekt zich uit tussen de rondwegen west en oost en van de Grift (Valleikanaal) aan de noordzijde tot het spoor Utrecht – Rhenen aan de zuidzijde.
Het visiedocument dient als inspiratiebron voor ruimtelijke, economische en maatschappelijke ontwikkelingen in het Spoorzone-gebied. Het vormt de ruimtelijke en programmatische basis voor bouwplannen in de toekomst en biedt uitgangspunten voor afspraken met ontwikkelaars. Het plan is een gevolg van de Woondeal Foodvalley uit 2023. In deze deal tussen acht gemeenten, twee provincies en het Rijk staan afspraken over de bouw van ongeveer 40.000 woningen tot 2040, waarvan zo’n 11.000 in en om Veenendaal. Spoorzone Veenendaal is één van de speerpuntprojecten van die Woondeal.
Uitzondering hierop vormt het gebied Franse Gat noord, dat ten zuiden van het spoor ligt. In de Spoorzone zijn de afgelopen jaren al veel woningen gebouwd, bijvoorbeeld in het Stationskwartier en Lindewijck. Daar komen er met de jaren nog eens 3.500 bij.
Samenhang zorgt voor verbetering leefkwaliteit
Het Toekomstbeeld Spoorzone verbindt de verschillende projecten in het gebied op inhoud, programma en fysiek. Wethouder Engbert Stroobosscher: “We vinden het belangrijk dat al deze ontwikkelingen als één geheel worden bekeken. Wanneer er zoveel nieuwe woningen bij komen in een gebied, betekent dat namelijk wat voor bijvoorbeeld autowegen, fiets- en wandelpaden. Maar ook voor de behoeften aan zorg of scholen. Of wensen voor groen.”
Het Toekomstbeeld maakt het daarnaast mogelijk om opgaves die de gemeente heeft op grotere schaal op te pakken. Denk aan de mogelijkheden voor een energievoorziening in het hele gebied. Maar ook maatregelen voor een duurzaam Veenendaal. Stroobosscher: “Ik ben trots op de totstandkoming en vaststelling van het Toekomstbeeld Spoorzone. Het maakt een nieuwe gemengde stedelijke wijk mogelijk. Een gebied waar invulling is gegeven aan de opgaves voor wonen, werken, mobiliteit, leefbaarheid, klimaat, energie en samenleving.”
